Koen Jogems

Koen Jogems en zijn Komatsu PW180-11

Koen Jogems werkt al sinds zijn schooltijd als machinist bij Kamphuis Sloopwerken. Met zijn mobiele kraan Komatsu PW180-11 doet hij vooral kortlopende klussen, met een hele grote mate van zelfstandigheid en veel afwisseling.

Koen Jogems groeide op op een boerenbedrijf en koos vervolgens een groenopleiding. Maar meer vanwege de machines dan vanwege het groen. Na zijn schooltijd solliciteerde hij dan ook op een vacature voor machinist Bobcat/midikraan bij Kamphuis Sloopwerken in Reutum (Twente). Daar werkt hij inmiddels 14,5 jaar, waarvan de eerste drie jaar op een 3,5 tonner en daarna op de grote kraan.

Altijd nadenken

Toen hij begon in de sloop had hij daar niet echt een beeld bij. ‘Maar het is wel heel anders dan in het grondwerk. Hier kun je nooit zeggen ‘dat doen we wel even’. Je moet er altijd bij nadenken.’

Steeds iets anders

Een tijdje geleden solliciteerde Koen nog naar de vacature van machinist op een rupskraan bij Kamphuis. Ze wilden hem echter niet missen op de mobiele kraan. En eigenlijk vindt Koen dat zelf ook wel prima zo. ‘Op de rups wilde ik vooral omdat die stabieler staat. Maar met een mobiele kraan kom ik wel overal en dat past mij wel. Ik doe vooral klussen van een week, soms twee weken, soms een dag. Dat varieert van het slopen van een woning tot het verwijderen van groen en het uit de grond halen van een mestkelder. Vooral op de kleinere klussen moet je zelf bekijken hoe je het aanpakt. Het is altijd weer iets anders.’

Koen Jogems

Koen Jogems

Groot project

Op het moment van de fotoreportage zit hij toevallig op een groter project in Enschede. Een project waarin 384 woningen moeten worden gesloopt, met grondgebonden woningen en 13 flats. Ook moest divers groen worden weggehaald om de gebouwen te kunnen slopen.

Precisiewerk

Slopen is in de ruim 14 jaar dat Koen het werk doet, steeds meer precisiewerk geworden, waarbij herbruikbare materialen zo veel mogelijk worden gedemonteerd. Kamphuis Sloopwerken heeft in Tubbergen zelfs een vestiging ‘Omgekeerd bouwen’ waar sloopmateriaal te koop wordt aangeboden. Met de huidige hoge materiaalprijzen neemt de vraag daarnaar behoorlijk toe. ‘Over het algemeen worden gebouwen vooraf behoorlijk gestript. Maar kozijnen bijvoorbeeld blijven wel zitten. Die sorteren we bij de sloop. En ook houten vloeren nemen we vaak mee bij de sloop. Die moet je er dan netjes uit halen en de balken en planken bij elkaar houden voor hergebruik.’

Dergelijk precisiewerk vindt Jogems juist leuk. Dat geldt ook voor grondsanering. ‘Dan moet je laagje voor laagje opscheppen. Je verzet geen kuubs. Dat duurt lang en wil bijna niemand doen.’

Vrijheid

Vooral bij kleinere klussen moet Jogems zelf beoordelen, in telefonisch overleg met een uitvoerder, wat er herbruikbaar is en hoe hij dat heel kan houden bij de sloop. ‘Bij zulke klussen regel ik ook zelf de containers de vrachtwagens voor afvoer van materiaal. Dat geeft me heel veel vrijheid.’

Koen Jogems

Koen Jogems

Koen Jogems

Stabiel

Jogems draait nu al weer 3,5 jaar op een Komatsu PW180-11. Daarvoor was het een Atlas. Hij was nauw betrokken bij de keuze voor de Komatsu en mocht zelfs vijf verschillende mobiele kranen uitproberen. Voor hem was vooral zitcomfort belangrijk. Jogems had een tijd lang last van zijn rug en wilde nu graag een stabiele kraan met een goede stoel. ‘De Atlas had een cabine die omhoog kon schuiven. Maar daardoor zat er wel erg veel beweging in.’ Dat wilde Jogems niet weer vanwege zijn rug. ‘Daarom koos ik voor stempelpoten achter en een schuifblad voor. Met één knop kan ik op de Komatsu beide in één keer uit draaien en weer intrekken. Dat gaat in drie seconden. Dat geeft heel veel stabiliteit, ook als je op een puinbult staat.’

Buitenblad slopen

Dat is ook beter voor werk, geeft Jogems aan. Zo moest hij in Enschede beginnen met het weghalen van het buitenblad van de gebouwen, zonder het binnenblad en de constructie te slopen. Precisiewerk dus, waarvoor een stabiele en goed bestuurbare kraan nodig is.

Andere opties die Jogems graag wilde, waren besturing op de joysticks, een camera aan de lepelsteel en extra lampen. Met al die opties, bleek de Komatsu uiteindelijk de beste keuze.

Kogelwerend glas

Opvallend aan de kraan – behalve zijn bedrijfsrode kleur met witte onderkant – is dat de voorzijde van de cabine wel voorzien is van beschermende tralies, maar de bovenzijde niet. ‘Tralies is voor de sloopsector niet verplicht maar wel aanbevolen. Toen we er mee begonnen, moest ik daar heel erg aan wennen en kreeg ik er enorm hoofdpijn van’, vertelt Koen. Toch was dat niet de reden om ze nu aan de bovenzijde weg te laten. ‘Dat was vooral vanwege de transporthoogte. Op een dieplader zouden we met tralies uitkomen op bijna 4,30 meter. Om de hoogte te beperken is er nu kogelwerend glas in de bovenruit gezet.’ En dat werkt voor Jogems ook nog eens veel prettiger. ‘Want ik denk dat ik wel 40 procent van het werk boven me heb.’

Koen Jogems

Koen Jogems

Koen Jogems

Snelwissel

De Komatsu PW180-11 is sinds ongeveer driekwart jaar voorzien van een Steelwrist snelwissel, waardoor Jogems de cabine niet meer uit hoeft om slangen en dergelijke te wisselen. Jogems beaamt volop wat de verkopers van dergelijke systemen altijd beweren. Namelijk dat ze zichzelf terugverdienen door de tijdwinst die je er mee boekt en doordat je uitrustingstukken beter benut. ‘Het scheelt heel veel tijd. Wel bijna een uur per dag denk ik. Je kunt ook sneller wisselen naar een bak als er een vrachtwagen komt om te laden. En je gebruikt de uitrustingsstukken nu waar ze voor zijn. Eerder pakte je een betonvloer nog wel eens met de sorteergrijper. Nu ga je gemakkelijker wisselen en pak je wel een prikker of een puinbak.’

Calamiteiten

Wat zijn werk nog extra bijzonder maakt, is de inzet bij calamiteiten. Met name bij grote branden wordt hij door de brandweer ingeschakeld. ‘Dan staat de brandweer aan alle kanten te blussen en mag je met je kraan de boel uit elkaar trekken. En soms word ik na een brand ingeschakeld om spullen weg te halen zodat de technische recherche zijn werk kan doen.’ Ze mogen hem er voor uit bed bellen, geeft Jogems aan. ‘Maar dat is misschien ook niet zo vreemd met een vader en een broer die allebei bij de brandweer zitten. Daar heb ik kennelijk toch iets van meegekregen.’

Tekst: Henk Wind / Foto’s: Michel Velderman