Nieuwe generatie Bobcat minigravers leent techniek van grote broers

Op de Bauma onthulde Bobcat de nieuwe generatie minigravers. BouwMachines kreeg exclusief de kans om deze R2-generatie, waaronder de 1,9 tons E19, uitgebreid aan de tand te voelen. Grootste verandering: Bobcat stapt over naar loadsensinghydrauliek gekoppeld aan een ventielenblok met flowsharing. En dat is bijzonder in deze klasse waar eenvoud en een lage prijs vaak de boventoon voeren. Hoe doen ze het in praktijk?

Laten we eerlijk zijn, bij het zien van een nieuw type minigraver moet je vaak drie keer kijken om te zien wat er nu precies anders is. De wijzigingen aan de buitenkant zijn vaak minimaal, want door de supercompacte bouw zijn alle fabrikanten redelijk gebonden. Natuurlijk heeft Bobcat z’n best gedaan om de nieuwe R2-generatie een fris ontwerp mee te geven: de nieuwe types herken je straks aan de grotere grijze grille rechts. Als je dagelijks met een minigraver op pad bent zijn het met name de bediening en details die het verschil maken. Daar hebben we verderop in deze test uitgebreid oog voor. Want in deze klasse maken juist dát soort zaken het verschil tussen een machine waar je met plezier op draait of een horkerige gemotoriseerde schep die niets meer is dan een stuk gereedschap.

E19 is meer mans geworden

Met meer dan 25 concurrenten is de minigravermarkt een druk segment, waar het gaat om de prijs en betrouwbaarheid. Binnen die markt zijn de 1,5 tot 2 tons modellen veruit het belangrijkste marktsegment. In deze gewichtsklasse heeft Bobcat vier types. Twee conventionele machines; de E17 en de in Nederland populaire E19. Daarnaast zijn er twee binnendraaiers; de E17z die er alleen is zonder cabine en de E20z. Bobcat ontwikkelt en bouwt deze volledig zelf in de eigen fabriek te Tsjechië.

Bobcat

Al deze types gaan op de schop en krijgen onderhuids dezelfde vernieuwde aandrijflijn. Het huidige type E17 onderging een afslankkuur en gaat voortaan door het leven als de E16. De E19 is juist een fractie meer mans geworden dankzij een sterkere hefcilinder en langere onderwagen, maar blijft wel dezelfde typenaam houden. De typenummering en gewicht van de binnendraaiers zijn praktisch ongewijzigd, waarbij de E20z een bijzondere machine blijft; tweetons binnendraaiers met cabine zijn op de markt namelijk op één hand te tellen. Weinig fabrikanten bouwen ze zo.

Vooral rijden véél soepeler

Wat is er nu precies vernieuwd? We noemden het al kort, de grootste wijziging is de komst van een hoogwaardiger hydraulieksysteem. Dit concept is al langer standaard bij de grotere types van verschillende merken en Bobcat trekt dat nu naar deze lichtere modellen door. Dat begint met een geavanceerdere loadsensing hydrauliekpomp, gekoppeld aan een ventielenblok met flowsharing-techniek. Dit maakt het beter mogelijk om op een vloeiende manier meerdere functies tegelijk te bedienen. Dat kunnen we zelf vaststellen tijdens het testen van de minigravers.

Opvallend trouwens: je start de R2-serie zonder sleutel. Een viercijferige startcode volstaat. Wanneer je werkt met uitrustingsstukken die veel olie vragen, zoals een op volle toeren draaiende klepelmaaier aan de snelwissel, kunnen we tegelijkertijd gewoon vloeiend rijden, zwenken en heffen. Je levert natuurlijk wel iets in op de snelheid. De hydrauliekpomp op de nieuwe R2-types levert ietsje meer liters per minuut dan de huidige M-series. Voor minigravers in dit segment is zo’n ventielenblok echt een stap vooruit. Hij draait dus wat beter. Wat een veel groter verschil maakt is de nieuwe servo-aansturing van de rijhydrauliek. Die is nu prachtig proportioneel te regelen zodat het rijden en schranken supersoepel gaat. Heel veel soepeler dan de mechanische bediening die Bobcat nu nog heeft.

Bobcat

Bobcat

Display van de grotere broers

Ook afkomstig van de grotere types is het nieuwe display in de rechter zijconsole. Hier kun je de liters instellen en opslaan voor verschillende uitrustingsstukken en als machinist zelfs je eigen profiel aanmaken en opslaan. De cabine op zich wijzigde verder niet qua formaat, die was al redelijk ruim. De vergrendeling om de deur open te houden is stukken degelijker. Fijn, want een airco ontbreekt nog steeds. Wel kiest Bobcat er nu standaard voor om géén pedalen voor de extra functies en de zwenkgiek meer op vloer te monteren. De vloer is hierdoor redelijk strak en dat geeft extra voetruimte, ook is het een veiligheidskwestie; bij het uitstappen kon je wel eens blijven haken achter die pedalen.

Je bedient de extra functies voortaan met schuifjes in de joysticks, zowel links als rechts. De functies kun je zelf via het display toewijzen. Handig als je de ene dag met een knijper met rotator werkt, maar de volgende dag vooral de zwenkgiek en een sloophamer gebruikt. Bobcat blijft desondanks de servobediening trouw en kiest niet voor elektronische bediening. Het systeem biedt veel mogelijkheden, maar het rijden en de schuifbladbediening is niet geïntegreerd in de joysticks.

Kapwerk nu minder fragiel

Een Yanmar-motor drijft de machines aan. Dat blijft dus zo, nadat Bobcat enkele jaren terug al overschakelde op deze motorenleverancier. De motor levert nu maximaal koppel bij iets minder toeren, 2.400 toeren voorheen tegen 2.200 toeren nu. De motor gaat onbelast automatisch terug naar stationair toerental. Samen met iets betere isolatie is de cabine op de nieuwe generatie merkbaar stiller. Via de achterzijde is het motorcompartiment goed bereikbaar, voor onderhoud is het luchtfilter, dieselfilter en oliefilter direct voor het grijpen.

Het olievulpunt van de motorolie zit op de voorserie-machine in de test echter diep verstopt. Even snel olie bijvullen is er niet bij. Op de conventionele machines open je de hele stalen achterzijde zoals gebruikelijk, op de binnendraaiers is dat een kleiner deurtje in de achterzijde. Op de huidige Bobcat E19 is het sluitwerk en de kap aan de rechterkant van matige kwaliteit. Dat is nu aangepakt. De deur aan de rechterzijde is versterkt met strippen en de sluiting is veel degelijker, je gooit ‘m zo in de vergrendeling zoals het hoort.

Bobcat

Betere balans tussen hef- en lepelsteelcilinder

Voor de rest is duidelijk zichtbaar dat Bobcat de hele machine goed bekeken heeft. Van alle types is het de hardloper E19 die het meest verandert. Dit model krijgt voortaan de iets langere onderwagen zoals we die kennen van de E20z. Dat maakt ‘m iets zwaarder én stabieler. De hele machine wordt dus echt wat meer mans. Ook staat de bovenwagen een paar centimeter hoger voor meer ruimte tussen rups en bovenwagen.

De giek blijft hetzelfde wat betreft de afmetingen maar ook deze is op details anders. Op de nieuwe generatie is de giek onderaan fors dikker uitgevoerd zodat alle hydrauliekleidingen voortaan binnendoor lopen richting de zwenkkop. Nu is dat niet mogelijk, wanneer je voor extra functies kiest lopen de leidingen buitenom wat ze kwetsbaar maakt. Wie een Bobcat minigraver in dit segment heeft, weet dat de lepelsteelcilinder sterker is dan de hefcilinder. Als je echt iets zwaars wilt hijsen dan zit dáár de meeste kracht. Op de komende generatie herstelt Bobcat dat evenwicht door een sterkere en zichtbaar dikkere hefcilinder te monteren.

In de herfst bij de dealers

Los daarvan kunnen we nog wel even doorgaan met detailvernieuwingen. Zo is de massaschakelaar verplaatst naar de linker voorzijde van de machine, zodat die beter bereikbaar is. Verder krijgt de giek een nieuw hijspunt, samen met twee hijspunten aan het schuifblad. Dit schuifblad is ook nieuw en heeft nu een afgeronde bovenzijde en de twee zijdelen kun je naar achter klappen en vastzetten met een pen. Handiger dan de los afneembare zijdelen op de huidige machines. Die kunnen immers kwijtraken.

Nieuw is ook een zweefstand op het blad, op de E19 en E20z. Al met al heeft Bobcat haar minigravers dus flink onder de loep genomen en écht vernieuwd met oog voor de praktijk. Veel zaken zie je niet direct, maar in de praktijk zijn het details die in dit segment het verschil maken. Deze zomer gaan de machines vervolgens in productie, in het najaar staan de eerste exemplaren bij de dealers.

Technische gegevens

Motor
  • Merk en type: Yanmar 3TNV70-SBC1
  • Emissienorm: Stage V
  • Cilinders en inhoud: drie, 0,85 liter
  • Max. Vermogen: 10,1 kW/ 14 pk
  • Koeling: vloeistof
  • Plaatsing motor: Dwars achterin
Aandrijving

Hydraulisch verstelbare onderwagen (980 tot 1360 mm breedte) met tweetraps hydraulisch axiale plunjermotoren; rijsnelheden van 0–2 km/h en van 0-4 km/h met automtische hoog-laag schakeling.

Hydraulisch systeem

Lastafhankelijk hydraulisch systeem: 44 liter/min; werkdruk 180 bar. Zwenkmechanisme wordt aangedreven middels onderhoudsvrije axiaalplunjermotor. Max 9,7 omw./min.

Elektrisch systeem
  • 12V met massaschakelaar
Afmetingen en gewichten
  • Gewicht 1.905 kg inclusief cabine en bak
  • Lengte onderwagen 1.651mm
  • Vrije hoogte
  • onder contragewicht 445 mm
  • Hoogte cabine 2.321 mm
Geluid
  • LwA 93
  • LpA 77
Inhoud reservoirs
  • Brandstoftank 21 liter
  • Hydrauliek tank 14 liter

Tekst en foto’s: Matthijs Verhagen

 

Inter-Techno is te vinden op stand 132.